Opinie: label ‘handicap’ voor hoogbegaafde kinderen kan snel een eigen leven gaan leiden

Delen op Social Media

Leestijd: 3 min.

Een groep ouders wil de hoogbegaafdheid van hun kinderen als ‘handicap’ erkend krijgen. Kijk daarmee uit, vinden de psychiaters Bram de Ridder, Branko van Hulst en Maria Groen-Blokhuis. Bram de RidderBranko van Hulst en Maria Groen-Blokhuis

Ouders proberen via het College voor de Rechten van de Mens de hoogbegaafdheid van hun kinderen te herdefiniëren als ‘handicap’. Zo willen ze scholen dwingen aanpassingen te doen voor hun kinderen. ‘Hoogbegaafdheid is geen handicap, maar kijk je hoe het schoolsysteem werkt, met een vast curriculum en een jaarklassensysteem, dan wordt dat het wel’, stelt betrokken onderwijsjurist Fleur Terpstra.

Hier wordt de noodzaak gevoeld kinderen die niet goed uit de voeten kunnen met het schoolsysteem een specifiek label te geven om ze onderwijskundig beter te bedienen. Het voelt als een juridisch trucje, dit schuiven met definities om iets gedaan te krijgen, maar zo worden dagelijkse ideeën over verschillen tussen mensen bepaald: met verschuivende definities over wat afwijkt en wat niet.

Definities van afwijking

Vanuit de psychiatrie maken wij ons zorgen over de mogelijk nadelige gevolgen van (het oprekken van) ‘definities van afwijking’. In 1994 werd de definitie van adhd verruimd. De motivatie was zeer vergelijkbaar en in beginsel even nastrevenswaardig als die voor de beoogde verandering van hoogbegaafdheid: sommige kinderen konden extra hulp gebruiken, maar vielen net buiten de toen gehanteerde nauwere definitie van adhd. Om ze toch te kunnen helpen, werd de definitie veranderd. Het gevolg: sindsdien worden twee tot drie keer zoveel kinderen met adhd gediagnosticeerd en behandeld. Evenzo zullen straks meer kinderen een handicap hebben, zodra een hoog IQ een handicap mag heten. De verdere gevolgen van geschuif met definities zijn niet altijd goed te voorspellen. Wat wel voorspelbaar is: het geschuif wordt op den duur vergeten.

Deze vergeetachtigheid, laten we het ‘definiërings-amnesie’ (da) noemen, is problematisch, omdat we op den duur denken dat iets ‘echt’ is: een echte handicap, een echte ziekte, een echte stoornis, en niet meer iets wat zo heet omdat we het zo hebben genoemd. Dat is besmettelijk. Als iets eenmaal de status van ziekte, handicap, stoornis heeft, richt onze aandacht zich op de omgang met de aandoening, en zelden nog op de definitie ervan.

Onwrikbare status

En zo groeit het bouwwerk van kennis en kunde rond de onwrikbare ‘echte’ aandoening. Waar het handicaps, ziekten en stoornissen betreft, bestaat dat bouwwerk uit talloze wetenschappelijke onderzoeken, zorgarrangementen en behandelingen. De psychiatrie is ook zo’n bouwwerk rond classificaties die op afspraken zijn gebaseerd, maar in de loop van de tijd de status van ‘echte’ aandoening hebben gekregen, waaraan niet of nauwelijks kan worden getornd.

Druk, ongeconcentreerd gedrag betitelen als adhd en er behandelingen voor aanbieden, is een heel specifieke manier van de omgang met drukke ongeconcentreerde kinderen. Er kunnen goede redenen zijn hiervoor te kiezen, maar helder moet blijven dat het een keuze is, met specifieke gevolgen. Een belangrijke vraag: hoe willen we omgaan met verschillen tussen mensen wordt aldus geherdefinieerd tot: hoe behandelen we ziekten?

Stigmatisering

Op die laatste vraag geeft een medisch professional antwoord, advies, dictaten. De nadelige effecten van deze herdefiniëring zijn uitgebreid onderzocht en betreffen onder andere de individualisering van problemen, stigmatisering en medicalisering. Bovendien raken we hierdoor makkelijk het zicht kwijt op die eerste vraag: hoe willen we omgaan met verschillen tussen mensen?

Als wij vinden dat het schoolsysteem flexibeler moet zijn , moeten we dat systeem veranderen. Als hoogbegaafdheid – een categorie die al neigt naar ‘onwrikbare echtheid’ – straks een handicap is, is de kans groot dat het nooit meer géén handicap is. Categorieën en definities dienen doelen. Daarom moet het telkens weer gaan om wat dat doel is, om te bepalen of een categorie of definitie (nog) adequaat is.

Misschien is het constructiever om, in plaats van kinderen die niet goed meekomen op scholen, scholen te identificeren die niet goed meekomen met kinderen. Hé, dat is een school met een handicap. En díe heeft een aandachtstekortstoornis. Dan kunnen we ze aanwijzen en helpen.

Bram de Ridder is psychiater, socioloog en schrijver, Branko van Hulst is kinder- en jeugdpsychiater i.o., Maria Groen-Blokhuis is psychiater. 

Een groep ouders wil de hoogbegaafdheid van hun kinderen als ‘handicap’ erkend krijgen. Negeer die roep om aandacht voor zulke kinderen niet, betoogt Guido Febus uit eigen ervaring.

volkskrant.nl/columns-opinie/opinie-label-handicap-voor-hoogbegaafde-kinderen-kan-snel-een-eigen-leven-gaan-leiden~b5fa4be6/

Afbeelding van Nguyen Dinh Lich via Pixabay

Ontdek meer

Volledig overzicht bekijken?