De grens tussen gewenste en ongewenste burgerbetrokkenheid-reflectie op de avondklokrellen

Delen op Social Media

Leestijd: 3 min.

We zijn blij met actief burgerschap, ook bij het veilig houden van steden en buurten. Maar waar ligt de grens bij die initiatieven? Maak duidelijke afspraken over wie welke rol heeft, stelt Thijs van Mierlo, directeur van LSA, netwerk van bewonersgroepen.

Actief burgerschap. Het wordt in onze samenleving gestimuleerd om elkaar te helpen, te zorgen voor elkaar of de lokale vereniging draaiende te houden. En om de sociale veiligheid te bewaken. Overheid en politie roepen burgers op om op elkaar te letten, om waakzaam en alert te zijn en het te melden als er iets niet pluis lijkt. 

Professionals in het sociaal domein en veiligheidsdomein werken bij het in stand houden van leefbaarheid en sociale veiligheid idealiter samen met de inwoners zelf. Die weten immers het beste wat er speelt en wat nodig is voor een leefbare en veilige omgeving. En met succes. Er zijn legio initiatieven zoals buurtapps, burgerwachten, buurtvaders en buurtpreventie. Allemaal zetten zij zich in voor een leefbare en veilige samenleving. Een goede zaak. Maar het wordt een ander verhaal wanneer mensen het recht in eigen hand nemen. Waar ligt de grens tussen gewenste en ongewenste burgerbetrokkenheid? 

Vlam in pan 

De maatschappelijke tegenstellingen in coronatijd maken deze vragen extra actueel. In januari sloeg in verschillende steden de vlam in de pan. Demonstranten gingen de straat op en een deel van hen begon rellen te schoppen en vernielingen aan te richten. Met grote materiële schade tot gevolg, onder meer voor tal van middenstanders die hun ruiten aan diggelen zagen gaan en van wie sommigen werden beroofd van hun inventaris.

In reactie op dit geweld ontstonden allerlei initiatieven om het geweld te voorkomen en steden en buurten te beschermen tegen ‘vernielzuchtigen’. Onverwachte groepen meldden zich, zoals boeren en de fanatieke aanhang van clubs uit het betaalde voetbal. Verschillende lokale bestuurders – zoals Erik Roemer en de burgemeester van Maastricht, Annemarie Penn-te Strake – toonden zich blij met de burgersteun uit die onverwachte hoek. 

Het is geen goede ontwikkeling dat burgemeesters, bij dreigend geweld, andere burgers de regie in handen geven om de openbare te handhaven

‘Ik stond behoorlijk te kijken van hun reactie’, zegt Thijs van Mierlo, directeur van LSA, landelijk netwerk van bewonersgroepen, buurthuizen in zelfbeheer, bewonersbedrijven en coöperaties. Hij noemt het geen goede ontwikkeling dat burgemeesters bij dreigend geweld andere burgers de regie in handen geven om de openbare te handhaven. 

Drijfveer 

‘Burgers kunnen een rol spelen bij sociale veiligheid, maar dan moeten er wel een aantal zaken gewaarborgd zijn in afspraken’, stelt de LSA-directeur. Afspraken over rolvastheid bijvoorbeeld. ‘De politie is een informatie-gestuurde dienst. Die informatie kunnen ze niet zomaar delen met burgers.’ Van Mierlo: ‘Ga niet pas samenwerken als de crisis uitbreekt. Bewoners en politie – en indien nodig justitie – zullen voordat de crisis uitbreekt het gesprek moeten aangaan. Over drijfveren bijvoorbeeld. Het beschermen van de ondernemers en de stad, dat klinkt als een nobel drijfveer. Maar uit ervaringen weten we ook dat de mensen die zich roeren ook voorop lopen als er spanning en sensatie te beleven valt.’ 

Buurtvaders 

De spontane, emotioneel geladen acties van burgercollectieven zijn daarmee anders dan een initiatief als buurtvadergroepen waar vooraf goed over is nagedacht. Buurtvaders gaan dan in tweetallen in hesjes de straat op om jongeren vriendelijk aan te spreken. Om te voorkomen dat ze samenscholen en rottigheid uithalen. 

Wat werkt hierin goed: 

  • Heldere norm uitdragen: communiceer een positieve en inclusieve norm. ‘Dit is onze stad, daar zijn we trots op. Daar blijf je vanaf, wij staan voor elkaar’; 
  • Persoonlijk aanspreken: zoek iemand uit de eigen gemeenschap (zoals in dit voorbeeld de anders) die persoonlijk contact zoekt. Iemand die dichtbij de groep staat, die ze begrijpt, oprecht is en het beste met ze voor heeft;
  • Influencer inzetten: mensen die aanzien genieten of populair zijn onder de groep die je wilt aanspreken, kunnen veel invloed hebben.

Achter vrijwel ieder burgerinitiatief zit een dialoog tussen burger en overheid over ieders rol, zegt Van Mierlo. ‘Het is een sociaal contract dat burger en overheid na zo’n dialoog met elkaar sluiten. Onder welke voorwaarden vind ik als burger dat de overheid het geweldsmonopolie mag hebben? En vanuit het perspectief van de overheid: welke rol mag de burger spelen? Ik vind trouwens dat die dialoog vaak ontbreekt.’ 

Samenlevingskracht 

We leven in een tijd waarin tegenstellingen zich verscherpen tussen burgers en mensen verminderd vertrouwen hebben in instituties. Volgens Van Mierlo zouden bewonersorganisaties als intermediairs een constructieve bijdrage kunnen leveren om kloven te dichten en vertrouwen te herstellen. ‘Denk aan een onderwerp als vaccinatie. Mensen weten niet wie ze moeten vertrouwen. Zorg dat je als buren daarover het gesprek voert. Voer dat gesprek op het schoolplein, in de buurthuizen. En doe dat niet uit een innerlijke gedrevenheid dat er zoveel mogelijk mensen moeten worden gevaccineerd. Nee, praat met elkaar over de zorgen die mensen hebben en neem die serieus. Maak gebruik van de samenlevingskracht.’ 

18 MAART 2021

https://www.buurtwijs.nl/content/de-grens-tussen-gewenste-en-ongewenste-burgerbetrokkenheid

Afbeelding van Wolfgang Eckert via Pixabay

Ontdek meer

Volledig overzicht bekijken?