LVB jongeren, voorkom dat ze tussen wal en schip raken

Delen op Social Media

Leestijd: 2 min.

Komen jongeren met een licht verstandelijke beperking (LVB) vaker in contact met politie en justitie? Hoe zijn ze vertegenwoordigd in de cijfers van jeugdcriminaliteit? En het belangrijkste, wat kun je daaraan doen? In dit dossier jongeren met een LVB en criminaliteit lees je daar meer over.

Vaak gaat het vooral om vermoedens van een LVB, die je hoort van bijvoorbeeld wijkagenten of jongerenwerkers. In de praktijk is er meestal geen diagnose van LVB, terwijl je die wel nodig hebt om te kunnen spreken van een licht verstandelijke beperking. Feit blijft dat als je als gemeente deze signalen serieus wilt nemen, je het jeugdbeleid hierop moet aanpassen. Tenslotte verdient elke jongere in jouw gemeente een toekomstperspectief dat bij hem past.

Het aantal jongeren in detentie met een LVB wordt geschat tussen de 33% en 42%.

LVB betekenis

LVB staat voor een licht verstandelijke beperking. Maar wanneer heeft iemand eigenlijk een licht verstandelijke beperking? Bij een IQ tussen de 50-85 én als iemand zich sociaal slecht redt, spreken we van een LVB. Er wordt ook wel gezegd dat het beperkt probleemoplossende vermogen bepalend is.  

Uit cijfers van het Nederlands Jeugdinstituut blijkt dat ongeveer 15% van de jongeren tussen de 12 en 25 jaar een licht verstandelijke beperking heeft. Doordat mensen met een LVB anderen vaak verkeerd begrijpen en hun reacties verkeerd interpreteren, komen ze makkelijk in de problemen, raken gefrustreerd en veroorzaken daardoor weer nieuwe problemen. 

Het is dan ook niet verwonderlijk dat deze jongeren vaker dan gemiddeld met justitie in aanraking komen. Hoe vaak jongeren met een LVB in de strafrechtketen voorkomen, is erg lastig te meten. Bij jeugddetentie is het aantal jongeren met een LVB hoger dan het aandeel bij volwassenen. Bij volwassenen wordt dit geschat op 30% tot 45%.

Relatie jeugdcriminaliteit en LVB

Een direct verband tussen LVB en criminaliteit bestaat niet. Wel is duidelijk dat jongeren met een LVB extra kwetsbaar zijn voor het ontwikkelen van crimineel gedrag. Doordat ze weinig inzicht in consequenties van hun daden hebben en minder inlevingsvermogen, raken ze sneller in de problemen. Door hun gebrekkige sociale vaardigheden en laag zelfvertrouwen zijn zij zeer ontvankelijk voor de invloed van foute vrienden. 

Daarnaast hebben ze weinig zelfcontrole en minder binding met de maatschappij. LVB wordt dan ook als extra risicofactor gezien, bovenop algemene risicofactoren die gelden voor het ontstaan van criminaliteit bij jongeren. Ze beschikken bovendien over minder beschermende factoren.

Een belangrijke risicofactor bij LVB-jongeren die uiteindelijk tot criminaliteit kan leiden, is overvraging. De verstandelijke beperking van een jongere wordt niet of te weinig (h)erkend. Ze worden te hoog ingeschat en raken overvraagd. Ook willen deze jongeren vaak niet onderdoen voor leeftijdsgenoten en zijn ze snel geneigd om hulp te vermijden. De overvraging leidt tot steeds meer problemen en frustraties met mogelijk onhandelbaar gedrag als gevolg.

Daarnaast zijn er vaak problemen op het gebied van vrije tijd. Jongeren met een LVB hebben vaak weinig omhanden, bijvoorbeeld omdat ze geen hobby’s hebben of nergens lid van zijn. De verveling slaat toe en ze hangen vaker doelloos op straat rond.  

Wil jij een indruk krijgen wat de impact van LVB is op jongeren? Bekijk dan dit promofilmpje. Voor meer informatie kun je contact opnemen met Jelle van Triest van het ministerie van Justitie en Veiligheid: j.van.triest(at)minjenv.nl.

https://wegwijzerjeugdenveiligheid.nl/lvb-jongeren-en-criminaliteit

Ontdek meer

Volledig overzicht bekijken?